DeletedUser
Guest
Je ziet het goed, een topic dat gaat over de werkelijkheid. Op dit forum zijn er veel discussies geweest hierover, er worden dingen gezegd als kijk is buiten de hokjes als het gaat om het analyseren van de werkelijkheid. Ten eerste de vraag, wat is de werkelijkheid?
De werkelijkheid is opzichzelf nogal een vaag begrip. Ik zie het als de verzameling van alles wat bestaat. Als een soort verzameling dus. Maar wat bestaat en wat niet? Dat zijn allemaal vragen. Grof gezegd kun je de werkelijkheid indelen in verschillende categorieën. Je hebt de werkelijkheid, die kun je onderverdelen in de objectieve en subjectieve werkelijkheid. De objectieve werkelijkheid kun je weer onderverdelen in de concrete en abstracte werkelijkheid. En de concrete werkelijkheid kun je vervolgens opdelen in de analyseerbare en de niet analyseerbare werkelijkheid. Wat bedoel ik hiermee?
Laten we eerst is beginnen met de bekendste vorm binnen deze indeling, namelijk de analyseerbare werkelijkheid. De analyseerbare werkelijkheid is de werkelijkheid van alledag. Deze werkelijkheid wordt bestudeerd in de natuurwetenschappen en ook wel bij bepaalde aspecten van sociale wetenschappen. Of het nou gaat om de structuur van moleculen of wat jij gisteren gegeten hebt, dat zijn allemaal eigenschappen van de analyseerbare werkelijkheid.
Zonder dat we het weten maken zijn we in het dagelijks leven heel veel bezig met het analyseren van de eigenschappen van deze werkelijkheid. Als je je sleutels kwijt bent ga je die zoeken, je vraagt je dan iets af over de werkelijkheid, namelijk waar je huissleutels zich bevinden. Je kan dan aan iemand vragen waar je huissleutels zijn, die persoon kan dan bv zeggen dat ze ergens in een la liggen. Vervolgens toets jij zijn hypothese(dat ze in een la liggen) aan de werkelijkheid. Liggen ze daar niet dan kijk je ergens anders, je denkt weer na over waar je ze dan gelaten kan hebben(nieuwe hypothese) zoekt op die plek en toetst zo je nieuwe hypothese aan de werkelijkheid.
Dit laat zien dat iedereen dagelijks bezig is met het toepassen van de wetenschappelijke methode zonder dat er eigenlijk bij stil gestaan wordt. En dit is ook precies hoe de wetenschap te werk gaat als de werkelijkheid geanalyseerd kunnen worden, de hele wetenschappelijke methode kun je afleiden als je al bij jezelf denkt wat voor stappen je zet bij iets simpels als het zoeken van spullen die je kwijt bent. Bij het analyseren van de analyseerbare werkelijkheid ga je er dus vanuit dat je zintuigen de werkelijkheid reconstrueren. Deze aanname zou ik de axioma van de natuurwetenschap willen noemen.
Verder is het zo dat je bij het leggen van (wiskundige) verbanden uitgaat van inductieve logica en deductieve logica. Als je een steen 100 keer naar beneden laat vallen dan concludeer je dat die altijd naar beneden valt als je het naar beneden gooit. Je gebruikt ook deductieve logica als je bijvoorbeeld een bepaalde hypothese hebt die je niet direct aan de werkelijkheid kan toetsen dan kan je logica gebruiken om implicaties af te leiden en die implicaties(logische gevolgen) aan de werkelijkheid te toetsen. Kloppen die implicaties niet dan klopt je model niet kloppen ze wel dan klopt je model misschien.
Dus als het gaat om het analyseren van deze werkelijkheid dan is natuurwetenschap hetgeen wat je gebruikt. Je gebruikt de axioma dat je zintuigen de werkelijkheid reconstrueren, ik zie deze tafel en voel deze tafel en dus bestaat deze tafel. En je gebruikt inductieve en deductieve logica om de werkelijkheid te analyseren(in combinatie met waarneming).
Als we het hebben over gebeurtenissen in het verleden gebruiken we hier de analyse van eigenschappen van het universum van het heden. Een andere zeer belangrijke axioma die op komt duiken als we praten over gebeurtenissen uit het verleden zijn de niet veranderende fysische eigenschappen van de werkelijkheid. De natuurwetten en natuurlijke principes veranderen zelf niet in de tijd. Atomen bestonden ook in de Griekse tijd, en de relativiteitstheorie klopte ook toen Newton zijn theorie opstelde. Als een hemellichaam zich op een paar miljoen lichtjaar hier vandaan bevind(bv een sterrenstelsel) dan zien we dat hemellichaam zoals die was een paar miljoen jaar geleden omdat de snelheid van het licht in vacuüm constant is. Als een isotoop een bepaalde halfwaarde tijd heeft en je hebt gegevens over de oorspronkelijke hoeveelheid van een bepaalde isotoop dan volgt daaruit de leeftijd van dat object. Als het universum nu uitdijt dan moet het vroeger kleiner zijn geweest. Als iemand op de stoep ligt te bloeden en dood is gegaan heeft hij zelfmoord gepleegd of is die vermoord. Of we nu praten over een moordzaak, de geschiedenis van de mensheid(archeologie), die van de aarde(paleontologie, geologie) of die van het universum(kosmologie), dit principe ligt ten grondslag aan de analyse van de eigenschappen van de werkelijkheid zoals die was in het verleden. En je zou kunnen zeggen dat je ook de hele geschiedenis mee mag nemen als het gaat om de eigenschappen van de werkelijkheid. Hou wel rekening met de relativiteitstheorie, tijd is relatief dus je moet uitspraken wel koppelen aan een referentiestelsel.
Als we dan een stap verder gaan dan heb je de niet analyseerbare werkelijkheid. Dit maakt nog steeds deel uit van de concrete werkelijkheid, maar hier bevinden we ons op glad ijs want dit valt buiten het domein van de natuurwetenschap. De eigenschappen van de niet analyseerbare werkelijkheid kunnen niet aan de werkelijkheid worden getoetst, niet alleen praktisch niet(in termen van economie en technologie) maar fundamenteel niet. Het wel of niet bestaan van buitenaards leven behoort nog gewoon tot de analyseerbare werkelijkheid ook al is het onwaarschijnlijk dat we in de nabije toekomst buitenaards leven gaan vinden. Maar het maakt nog wel deel uit van de objectieve en concrete werkelijkheid, de eigenschappen staan vast alleen kunnen niet worden geanalyseerd. Leven we in een computerprogramma, bestaat er een entiteit(iets met zelfbewustzijn) buiten ons 3D ruimtelijke universum die het universum kan bewerken zonder zich te hoeven houden aan de wetten waar alle informatie binnen het universum(materie en energie) zich aan moeten houden?
Dat zijn vragen over de kenmerken van de niet analyseerbare werkelijkheid. Let wel op, binaire logica is hier wel van toepassing. De structuur van de concrete werkelijkheid als geheel staat vast maar kan door ons niet achterhaald worden. god bestaat wel of niet, dus je kan zeggen dat het zeker is dat de stelling dat god bestaat en tegelijkertijd niet bestaat onjuist is. Dit soort uitspraken kunnen gedaan worden over de niet analyseerbare werkelijkheid. De concrete werkelijkheid is dus zelf consistent.
Dus een nieuwe axioma die je kan gebruiken voor de objectieve werkelijkheid als geheel is de volgende:
De eigenschappen van de werkelijkheid zijn niet in strijd met zichzelf. Hoe dan ook zijn de eigenschappen van de werkelijkheid op dit gebied niet te achterhalen met de machinerie van de natuurwetenschap. Maar het is niet zo dat de analyseerbare werkelijkheid en de niet analyseerbare elkaar per definitie niet kunnen beinvloeden. Het kan zijn dat het 2 gesloten systemen zijn, in welk geval wij nooit een verschil zouden merken tussen het wel/niet bestaan van een niet analyseerbare werkelijkheid. Als er echter wederzijdse beïnvloeding is tussen beide systemen(open systemen) dan kan van alles mogelijk zijn.
Veel mensen zeggen dat er een niet analyseerbare werkelijkheid is, en zeggen de eigenschappen hiervan ook te kennen en zijn er bovendien van overtuigd dat de niet analyseerbare werkelijkheid en de analyseerbare werkelijkheid elkaar beïnvloeden. Sommigen zeggen dat mensen wonderlijk genezen en ze dus geholpen worden door een bovennatuurlijke interventie. De claim is dat er dingen binnen de analyseerbare werkelijkheid kunnen gebeuren die onmogelijk te verklaren zijn voor getuigen daarbinnen.
Stel dat je opeens een doos zag vliegen en daarna weer landen en dat dit veroorzaakt zou zijn door de beïnvloeding van de niet analyseerbare werkelijkheid met de analyseerbare. Er is geen enkele manier waarop dit verklaart zou kunnen worden. Het bestaan van de niet analyseerbare werkelijkheid zou je dus kunnen deduceren uit de onmogelijkheid om een bepaald fenomeen in de analyseerbare werkelijkheid op een natuurlijke manier(dus zonder beroep te doen op invloeden uit de niet analyseerbare werkelijkheid) te verklaren. Op deze manier zou je, met een soort bewijs uit het ongerijmde, het bestaan van de niet analyseerbare werkelijkheid aan kunnen tonen zou je soms denken. Dat wordt een ontologisch bewijs genoemd, maar dit is zeer fragiel aangezien iets wat geen natuurlijke verklaring lijkt te hebben wel een natuurlijke verklaring kan hebben die je op dat moment misschien om praktische redenen niet kan achterhalen. Uitkijken met dit soort redeneringen dus.
De werkelijkheid is opzichzelf nogal een vaag begrip. Ik zie het als de verzameling van alles wat bestaat. Als een soort verzameling dus. Maar wat bestaat en wat niet? Dat zijn allemaal vragen. Grof gezegd kun je de werkelijkheid indelen in verschillende categorieën. Je hebt de werkelijkheid, die kun je onderverdelen in de objectieve en subjectieve werkelijkheid. De objectieve werkelijkheid kun je weer onderverdelen in de concrete en abstracte werkelijkheid. En de concrete werkelijkheid kun je vervolgens opdelen in de analyseerbare en de niet analyseerbare werkelijkheid. Wat bedoel ik hiermee?
Laten we eerst is beginnen met de bekendste vorm binnen deze indeling, namelijk de analyseerbare werkelijkheid. De analyseerbare werkelijkheid is de werkelijkheid van alledag. Deze werkelijkheid wordt bestudeerd in de natuurwetenschappen en ook wel bij bepaalde aspecten van sociale wetenschappen. Of het nou gaat om de structuur van moleculen of wat jij gisteren gegeten hebt, dat zijn allemaal eigenschappen van de analyseerbare werkelijkheid.
Zonder dat we het weten maken zijn we in het dagelijks leven heel veel bezig met het analyseren van de eigenschappen van deze werkelijkheid. Als je je sleutels kwijt bent ga je die zoeken, je vraagt je dan iets af over de werkelijkheid, namelijk waar je huissleutels zich bevinden. Je kan dan aan iemand vragen waar je huissleutels zijn, die persoon kan dan bv zeggen dat ze ergens in een la liggen. Vervolgens toets jij zijn hypothese(dat ze in een la liggen) aan de werkelijkheid. Liggen ze daar niet dan kijk je ergens anders, je denkt weer na over waar je ze dan gelaten kan hebben(nieuwe hypothese) zoekt op die plek en toetst zo je nieuwe hypothese aan de werkelijkheid.
Dit laat zien dat iedereen dagelijks bezig is met het toepassen van de wetenschappelijke methode zonder dat er eigenlijk bij stil gestaan wordt. En dit is ook precies hoe de wetenschap te werk gaat als de werkelijkheid geanalyseerd kunnen worden, de hele wetenschappelijke methode kun je afleiden als je al bij jezelf denkt wat voor stappen je zet bij iets simpels als het zoeken van spullen die je kwijt bent. Bij het analyseren van de analyseerbare werkelijkheid ga je er dus vanuit dat je zintuigen de werkelijkheid reconstrueren. Deze aanname zou ik de axioma van de natuurwetenschap willen noemen.
Verder is het zo dat je bij het leggen van (wiskundige) verbanden uitgaat van inductieve logica en deductieve logica. Als je een steen 100 keer naar beneden laat vallen dan concludeer je dat die altijd naar beneden valt als je het naar beneden gooit. Je gebruikt ook deductieve logica als je bijvoorbeeld een bepaalde hypothese hebt die je niet direct aan de werkelijkheid kan toetsen dan kan je logica gebruiken om implicaties af te leiden en die implicaties(logische gevolgen) aan de werkelijkheid te toetsen. Kloppen die implicaties niet dan klopt je model niet kloppen ze wel dan klopt je model misschien.
Dus als het gaat om het analyseren van deze werkelijkheid dan is natuurwetenschap hetgeen wat je gebruikt. Je gebruikt de axioma dat je zintuigen de werkelijkheid reconstrueren, ik zie deze tafel en voel deze tafel en dus bestaat deze tafel. En je gebruikt inductieve en deductieve logica om de werkelijkheid te analyseren(in combinatie met waarneming).
Als we het hebben over gebeurtenissen in het verleden gebruiken we hier de analyse van eigenschappen van het universum van het heden. Een andere zeer belangrijke axioma die op komt duiken als we praten over gebeurtenissen uit het verleden zijn de niet veranderende fysische eigenschappen van de werkelijkheid. De natuurwetten en natuurlijke principes veranderen zelf niet in de tijd. Atomen bestonden ook in de Griekse tijd, en de relativiteitstheorie klopte ook toen Newton zijn theorie opstelde. Als een hemellichaam zich op een paar miljoen lichtjaar hier vandaan bevind(bv een sterrenstelsel) dan zien we dat hemellichaam zoals die was een paar miljoen jaar geleden omdat de snelheid van het licht in vacuüm constant is. Als een isotoop een bepaalde halfwaarde tijd heeft en je hebt gegevens over de oorspronkelijke hoeveelheid van een bepaalde isotoop dan volgt daaruit de leeftijd van dat object. Als het universum nu uitdijt dan moet het vroeger kleiner zijn geweest. Als iemand op de stoep ligt te bloeden en dood is gegaan heeft hij zelfmoord gepleegd of is die vermoord. Of we nu praten over een moordzaak, de geschiedenis van de mensheid(archeologie), die van de aarde(paleontologie, geologie) of die van het universum(kosmologie), dit principe ligt ten grondslag aan de analyse van de eigenschappen van de werkelijkheid zoals die was in het verleden. En je zou kunnen zeggen dat je ook de hele geschiedenis mee mag nemen als het gaat om de eigenschappen van de werkelijkheid. Hou wel rekening met de relativiteitstheorie, tijd is relatief dus je moet uitspraken wel koppelen aan een referentiestelsel.
Als we dan een stap verder gaan dan heb je de niet analyseerbare werkelijkheid. Dit maakt nog steeds deel uit van de concrete werkelijkheid, maar hier bevinden we ons op glad ijs want dit valt buiten het domein van de natuurwetenschap. De eigenschappen van de niet analyseerbare werkelijkheid kunnen niet aan de werkelijkheid worden getoetst, niet alleen praktisch niet(in termen van economie en technologie) maar fundamenteel niet. Het wel of niet bestaan van buitenaards leven behoort nog gewoon tot de analyseerbare werkelijkheid ook al is het onwaarschijnlijk dat we in de nabije toekomst buitenaards leven gaan vinden. Maar het maakt nog wel deel uit van de objectieve en concrete werkelijkheid, de eigenschappen staan vast alleen kunnen niet worden geanalyseerd. Leven we in een computerprogramma, bestaat er een entiteit(iets met zelfbewustzijn) buiten ons 3D ruimtelijke universum die het universum kan bewerken zonder zich te hoeven houden aan de wetten waar alle informatie binnen het universum(materie en energie) zich aan moeten houden?
Dat zijn vragen over de kenmerken van de niet analyseerbare werkelijkheid. Let wel op, binaire logica is hier wel van toepassing. De structuur van de concrete werkelijkheid als geheel staat vast maar kan door ons niet achterhaald worden. god bestaat wel of niet, dus je kan zeggen dat het zeker is dat de stelling dat god bestaat en tegelijkertijd niet bestaat onjuist is. Dit soort uitspraken kunnen gedaan worden over de niet analyseerbare werkelijkheid. De concrete werkelijkheid is dus zelf consistent.
Dus een nieuwe axioma die je kan gebruiken voor de objectieve werkelijkheid als geheel is de volgende:
De eigenschappen van de werkelijkheid zijn niet in strijd met zichzelf. Hoe dan ook zijn de eigenschappen van de werkelijkheid op dit gebied niet te achterhalen met de machinerie van de natuurwetenschap. Maar het is niet zo dat de analyseerbare werkelijkheid en de niet analyseerbare elkaar per definitie niet kunnen beinvloeden. Het kan zijn dat het 2 gesloten systemen zijn, in welk geval wij nooit een verschil zouden merken tussen het wel/niet bestaan van een niet analyseerbare werkelijkheid. Als er echter wederzijdse beïnvloeding is tussen beide systemen(open systemen) dan kan van alles mogelijk zijn.
Veel mensen zeggen dat er een niet analyseerbare werkelijkheid is, en zeggen de eigenschappen hiervan ook te kennen en zijn er bovendien van overtuigd dat de niet analyseerbare werkelijkheid en de analyseerbare werkelijkheid elkaar beïnvloeden. Sommigen zeggen dat mensen wonderlijk genezen en ze dus geholpen worden door een bovennatuurlijke interventie. De claim is dat er dingen binnen de analyseerbare werkelijkheid kunnen gebeuren die onmogelijk te verklaren zijn voor getuigen daarbinnen.
Stel dat je opeens een doos zag vliegen en daarna weer landen en dat dit veroorzaakt zou zijn door de beïnvloeding van de niet analyseerbare werkelijkheid met de analyseerbare. Er is geen enkele manier waarop dit verklaart zou kunnen worden. Het bestaan van de niet analyseerbare werkelijkheid zou je dus kunnen deduceren uit de onmogelijkheid om een bepaald fenomeen in de analyseerbare werkelijkheid op een natuurlijke manier(dus zonder beroep te doen op invloeden uit de niet analyseerbare werkelijkheid) te verklaren. Op deze manier zou je, met een soort bewijs uit het ongerijmde, het bestaan van de niet analyseerbare werkelijkheid aan kunnen tonen zou je soms denken. Dat wordt een ontologisch bewijs genoemd, maar dit is zeer fragiel aangezien iets wat geen natuurlijke verklaring lijkt te hebben wel een natuurlijke verklaring kan hebben die je op dat moment misschien om praktische redenen niet kan achterhalen. Uitkijken met dit soort redeneringen dus.
Laatst bewerkt door een moderator: