DeletedUser
Guest
Resist & Hap! vs. FTNWO
Oorlogsverklaring Resist & Hap! vs. FTNWO
Inhoudsopgave
1. De Inleiding
2. Situatiebeschrijving
3. Wereldse verhalen
4. Spotprenten
5. Conclusie
1. De Inleiding
“Hoort, hoort van verre jammerklagen.” zo begon Bach ooit zijn befaamde Mattheüs passie. Nu, 284 jaar later, horen de soldaten van The New World Order (Resist & Hap!) een jammerende bevolking lijden. De ongeneeslijke zwarte plaag blijkt ontembaar door te vloeien in de aderen van de ooit zo gevreesde Plague-soldaten. Veel soldaten zijn gesneuveld in de veldslagen die de Alliantie heeft gestreden om het verschrikkende regime der melaatsen te ondermijnen. Echter duidt het jammergeklaag van achter de fronten op een nog niet volledig gestreden strijd. Ons werk is nog niet klaar.
Een paar weken geleden bereikte een vluchtig geschreven bericht de hoge raad van het binnenlands bestuur:
“Enkele rebelse verstekelingen hebben onze grenzen overgestoken. Na aankomst bleek al gauw dat enkele vluchtelingen besmet waren met de dodelijke ziekte. De soldaten begonnen direct met het behandelen van de zieken. Helaas hebben zij het niet gehaald.”
De ernst van de situatie werd ons duidelijk toen een paar dagen later ook enkele soldaten ziek werden. Om toekomstig leed te vermijden was het onze plicht uit te zoeken wat er aan de hand was. Verscheidene dorpshoofden stuurden hun beste scouts het land uit om op onderzoek uit te gaan. Na grootschalig onderzoek bleek achter de grenzen van het niemandsland vol verlaten dorpen een groep besmette rebellen (FTNWO) de handen ineen te hebben geslagen om uit de as van vergane glorie te herrijzen. Het was dus waar. De zwarte dood was nog niet verslagen. Toen de verkenners teruggekeerd waren met hun bevindingen was er maar één reactie. Een nieuwe confrontatie is onvermijdelijk.
Destijds was nog niet voorspeld dat de situatie nog verder zou verslechteren. Tijdens onze opmars richting de fronten van de rebellen koos ook landhoofd Jbo the Great de kant van de rebellen. De vluchteling van de verzwakte stam Lemon, besloot zijn heil bij hen te gaan zoeken. Al gauw begonnen de troepen van Monsigneur een jammerend geklaag te horen aan de andere kant van het zwaarbewaakte front. Naar mate de tijd vorderde werd het geluid op steeds meer fronten hoorbaar. Overal waar de rebellen naderde stonk het naar dood en verderf. Mensen waren aan het lijden.
Nu is dan eindelijk de tijd gekomen. The New World Order heeft besloten een eind te maken aan deze verschrikking. Het is tijd om deze ziekte voor altijd van wereld 21 te verbannen. Gebleken is: “Eens besmet, altijd besmet!”
2. Situatiebeschrijving
Hap! en Resist lagen voorheen al geruime tijd tegen de stam Plague aan. Nu deze stam gevallen is, zijn er een hoop accounts weggevallen. FTNWO zijn de overlevende van de Hap!, Resist, Fruit! en .P|R. Vs. Plague oorlog. Om een goed beeld te schetsen van de huidige situatie wordt deze kaart aan jullie gepresenteerd:
Zoals te zien is op het kaartje liggen de opponenten op 2 fronten aan elkaar. Bij Hap! ligt Jbo the Great aan het front en bij Resist zijn dit voornamelijk jatu en .JaTu.Dread. De opponenten naderen elkaars fronten, maar vanwege de hiervoor genoemde knelpunten is hier het moment der waarheid. Resist en Hap! hebben besloten op actie over te gaan.
Ingame is de oorlog tegelijk met de oprichting van FTNWO al verklaard. In deze periode is eigenlijk niks spannends gebeurd en om het vuur wat meer op te laten laaien is besloten de oorlog hernieuwd en officieel te verklaren ten opzichte van de hele wereld. De aanwezigheid van de pest zal niet meer worden getolereerd en voorgoed worden uitgeroeid.
De oorlogsverklaring zal worden vervolgd met drie fantastische wereldse verhalen verteld door Resistiaanse en Pinguaanse strijders, opgeschreven door uw verslaggever Papayatree.
Hoort!
3. Wereldse verhalen
3.1 Het scoutverslag
“Na enkele hardnekkige geruchten van rebelse praktijken aan de andere kant van het grijze woud besloot ons dorpshoofd enkele krijgers op pad te sturen met als doel de waarheid boven tafel krijgen. Zo bereidde ik mij met een select groepje cavalerie ons voor op een ongekend avontuur.
Om klokslag middernacht reden wij uit. Alles was donker. Toen we eindelijk na een paar uur rijden in een dorp terecht kwamen, zochten wij naar een slaapplaats. Echter was er niks te bekennen. Het hele dorp lag er uitgestorven bij. Ook dit dorp had zijn bewoners aan de zwarte dood moeten opofferen. Hier en daar lagen nog wat verrotte lijken waarvan de stank zijn weerga niet kende. Na de blitzkrieg van de alliantie tegen de heersers van de plaag zijn duizenden dorpen verlaten. Enkel de gestorvenen bleven achter. Om toch een goed onderkomen te vinden sloegen wij ons kamp in het bos naast het dorp op. Een klein kampvuur moest de wolven van ons verjagen.
Zo reden wij dag in dag uit over de langgerekte grijze vlaktes. Het enige wat het landschap anders maakte van totale leegte was de troosteloze geur van de dood. Deze hersenloze tocht leek voor een ieder van ons eindeloos, totdat in de verte een huifkar opdoemde. Vier magere boeren kwamen ons tegemoet. Nadat onze officier hen een halt had toegeroepen vertelden zij ons het verhaal. Een verhaal van nieuwe heersers die beloofden de omliggende landerijen hun rijkdom en roem te hervinden door samen met hen te strijden in een nieuwe oorlog. Echter deze boeren waren samen met vele anderen gevlucht. Zij geloofden niet in luchtkastelen en andere grootse beloftes. Deze boeren waren al te veel verloochend om hun hoop en vertrouwen in nieuwe leiders te zoeken. Samen met andere boeren waren zij vertrokken, maar de legers van de rebellen hadden hen achterhaald en afgeslacht als wilde dieren. De boeren maakten geen schijn van kans. Alleen deze vier waren over gebleven.
Na de ontmoeting met dit gezelschap zette wij onze reis voort. Dit keer voorzichtiger en onopvallender. Wij wisten dat de bewoonde wereld dichterbij was gekomen. Gauw doemde er een stad op. Er waren duidelijk rookpluimen te zien. In de bossen naast de stad sloegen wij ons kamp op. Dit maal werd er geen kampvuur gemaakt, zodat onze locatie geheim zou blijven. De vorige nacht hadden wij geloot over degene die de eerste verkenningstocht zou maken door de stad. Ik werd uitgeloot. De volgende dag vertrok ik richting de stad gehuld in aftandse kledij. Eenmaal in de stad aangekomen was ik verheugd. Verheugd door het weder zien van leven. Helaas duurde deze vreugde niet lang. Er lagen veel kreupelen te verrotten op de straat, melaatsen die aan de poorten bedelden voor een stuiver. Alleen het kasteel in het centrum van de stad deed denken aan de glorie die het Plague-regime ooit kende. Wat opviel is dat de stad was versierd met voor mij onbekende banieren. Dit maal schitterde er geen rat, maar een doodshoofd op de gladgestreken vlaggen. Hierboven stond geschreven: “F*ck the new world order!” Dit moest wel het wapen van de rebellen zijn. Het was dus waar. Een nieuwe wind vloog door de eeuwenoude dorpen ooit geregeerd door een verschrikkelijk genootschap “The Plague”. Ik wist genoeg en ging op weg naar het kamp dat een eind buiten de stad lag.
Eenmaal aangekomen bij het kamp was er niemand meer te bekennen. De tenten waren afgebrand en onze paarden waren gedood. De rebellen hadden ons kamp gevonden. Ik haastte mij terug naar de stad in de hoop daar het minst op te vallen. Met de laatste goudstukken besloot ik een paard te kopen. In de stad was niks te vinden, maar uiteindelijk kon ik op een klein marktje een afgrijselijk beest op de kop tikken die mij op mijn weg terug moest vergezellen. Ik kocht nog wat water en verliet ongezien de stad. Door donkere bossen en kronkelende paden kwam ik uiteindelijk weer aan bij de verlaten grijze vlakten op weg naar huis.
Na een reis van enkele weken keerde ik terug in mijn dorp. Onderweg ben ik besmet geraakt met de pest, zo vertelde mijn dokter. Dit rapport zal dan ook mijn laatste zijn. Ik heb mijn land gediend naar eer en geweten tot ik het met de dood moest bekopen. Een pijnlijke dood. Ik vervloek deze verderfelijke ziekte. Laat men het uitroeien en moge het nooit meer de mensen van deze wereld infecteren met dit zwarte gif. Laat de nieuwe wereld orde ten strijde trekken, zodat ook ik niet voor niets zal sterven…”
Oorlogsverklaring Resist & Hap! vs. FTNWO
Inhoudsopgave
1. De Inleiding
2. Situatiebeschrijving
3. Wereldse verhalen
4. Spotprenten
5. Conclusie
1. De Inleiding
“Hoort, hoort van verre jammerklagen.” zo begon Bach ooit zijn befaamde Mattheüs passie. Nu, 284 jaar later, horen de soldaten van The New World Order (Resist & Hap!) een jammerende bevolking lijden. De ongeneeslijke zwarte plaag blijkt ontembaar door te vloeien in de aderen van de ooit zo gevreesde Plague-soldaten. Veel soldaten zijn gesneuveld in de veldslagen die de Alliantie heeft gestreden om het verschrikkende regime der melaatsen te ondermijnen. Echter duidt het jammergeklaag van achter de fronten op een nog niet volledig gestreden strijd. Ons werk is nog niet klaar.
Een paar weken geleden bereikte een vluchtig geschreven bericht de hoge raad van het binnenlands bestuur:
“Enkele rebelse verstekelingen hebben onze grenzen overgestoken. Na aankomst bleek al gauw dat enkele vluchtelingen besmet waren met de dodelijke ziekte. De soldaten begonnen direct met het behandelen van de zieken. Helaas hebben zij het niet gehaald.”
De ernst van de situatie werd ons duidelijk toen een paar dagen later ook enkele soldaten ziek werden. Om toekomstig leed te vermijden was het onze plicht uit te zoeken wat er aan de hand was. Verscheidene dorpshoofden stuurden hun beste scouts het land uit om op onderzoek uit te gaan. Na grootschalig onderzoek bleek achter de grenzen van het niemandsland vol verlaten dorpen een groep besmette rebellen (FTNWO) de handen ineen te hebben geslagen om uit de as van vergane glorie te herrijzen. Het was dus waar. De zwarte dood was nog niet verslagen. Toen de verkenners teruggekeerd waren met hun bevindingen was er maar één reactie. Een nieuwe confrontatie is onvermijdelijk.
Destijds was nog niet voorspeld dat de situatie nog verder zou verslechteren. Tijdens onze opmars richting de fronten van de rebellen koos ook landhoofd Jbo the Great de kant van de rebellen. De vluchteling van de verzwakte stam Lemon, besloot zijn heil bij hen te gaan zoeken. Al gauw begonnen de troepen van Monsigneur een jammerend geklaag te horen aan de andere kant van het zwaarbewaakte front. Naar mate de tijd vorderde werd het geluid op steeds meer fronten hoorbaar. Overal waar de rebellen naderde stonk het naar dood en verderf. Mensen waren aan het lijden.
Nu is dan eindelijk de tijd gekomen. The New World Order heeft besloten een eind te maken aan deze verschrikking. Het is tijd om deze ziekte voor altijd van wereld 21 te verbannen. Gebleken is: “Eens besmet, altijd besmet!”
2. Situatiebeschrijving
Hap! en Resist lagen voorheen al geruime tijd tegen de stam Plague aan. Nu deze stam gevallen is, zijn er een hoop accounts weggevallen. FTNWO zijn de overlevende van de Hap!, Resist, Fruit! en .P|R. Vs. Plague oorlog. Om een goed beeld te schetsen van de huidige situatie wordt deze kaart aan jullie gepresenteerd:
Zoals te zien is op het kaartje liggen de opponenten op 2 fronten aan elkaar. Bij Hap! ligt Jbo the Great aan het front en bij Resist zijn dit voornamelijk jatu en .JaTu.Dread. De opponenten naderen elkaars fronten, maar vanwege de hiervoor genoemde knelpunten is hier het moment der waarheid. Resist en Hap! hebben besloten op actie over te gaan.
Ingame is de oorlog tegelijk met de oprichting van FTNWO al verklaard. In deze periode is eigenlijk niks spannends gebeurd en om het vuur wat meer op te laten laaien is besloten de oorlog hernieuwd en officieel te verklaren ten opzichte van de hele wereld. De aanwezigheid van de pest zal niet meer worden getolereerd en voorgoed worden uitgeroeid.
De oorlogsverklaring zal worden vervolgd met drie fantastische wereldse verhalen verteld door Resistiaanse en Pinguaanse strijders, opgeschreven door uw verslaggever Papayatree.
Hoort!
3. Wereldse verhalen
3.1 Het scoutverslag
“Na enkele hardnekkige geruchten van rebelse praktijken aan de andere kant van het grijze woud besloot ons dorpshoofd enkele krijgers op pad te sturen met als doel de waarheid boven tafel krijgen. Zo bereidde ik mij met een select groepje cavalerie ons voor op een ongekend avontuur.
Om klokslag middernacht reden wij uit. Alles was donker. Toen we eindelijk na een paar uur rijden in een dorp terecht kwamen, zochten wij naar een slaapplaats. Echter was er niks te bekennen. Het hele dorp lag er uitgestorven bij. Ook dit dorp had zijn bewoners aan de zwarte dood moeten opofferen. Hier en daar lagen nog wat verrotte lijken waarvan de stank zijn weerga niet kende. Na de blitzkrieg van de alliantie tegen de heersers van de plaag zijn duizenden dorpen verlaten. Enkel de gestorvenen bleven achter. Om toch een goed onderkomen te vinden sloegen wij ons kamp in het bos naast het dorp op. Een klein kampvuur moest de wolven van ons verjagen.
Zo reden wij dag in dag uit over de langgerekte grijze vlaktes. Het enige wat het landschap anders maakte van totale leegte was de troosteloze geur van de dood. Deze hersenloze tocht leek voor een ieder van ons eindeloos, totdat in de verte een huifkar opdoemde. Vier magere boeren kwamen ons tegemoet. Nadat onze officier hen een halt had toegeroepen vertelden zij ons het verhaal. Een verhaal van nieuwe heersers die beloofden de omliggende landerijen hun rijkdom en roem te hervinden door samen met hen te strijden in een nieuwe oorlog. Echter deze boeren waren samen met vele anderen gevlucht. Zij geloofden niet in luchtkastelen en andere grootse beloftes. Deze boeren waren al te veel verloochend om hun hoop en vertrouwen in nieuwe leiders te zoeken. Samen met andere boeren waren zij vertrokken, maar de legers van de rebellen hadden hen achterhaald en afgeslacht als wilde dieren. De boeren maakten geen schijn van kans. Alleen deze vier waren over gebleven.
Na de ontmoeting met dit gezelschap zette wij onze reis voort. Dit keer voorzichtiger en onopvallender. Wij wisten dat de bewoonde wereld dichterbij was gekomen. Gauw doemde er een stad op. Er waren duidelijk rookpluimen te zien. In de bossen naast de stad sloegen wij ons kamp op. Dit maal werd er geen kampvuur gemaakt, zodat onze locatie geheim zou blijven. De vorige nacht hadden wij geloot over degene die de eerste verkenningstocht zou maken door de stad. Ik werd uitgeloot. De volgende dag vertrok ik richting de stad gehuld in aftandse kledij. Eenmaal in de stad aangekomen was ik verheugd. Verheugd door het weder zien van leven. Helaas duurde deze vreugde niet lang. Er lagen veel kreupelen te verrotten op de straat, melaatsen die aan de poorten bedelden voor een stuiver. Alleen het kasteel in het centrum van de stad deed denken aan de glorie die het Plague-regime ooit kende. Wat opviel is dat de stad was versierd met voor mij onbekende banieren. Dit maal schitterde er geen rat, maar een doodshoofd op de gladgestreken vlaggen. Hierboven stond geschreven: “F*ck the new world order!” Dit moest wel het wapen van de rebellen zijn. Het was dus waar. Een nieuwe wind vloog door de eeuwenoude dorpen ooit geregeerd door een verschrikkelijk genootschap “The Plague”. Ik wist genoeg en ging op weg naar het kamp dat een eind buiten de stad lag.
Eenmaal aangekomen bij het kamp was er niemand meer te bekennen. De tenten waren afgebrand en onze paarden waren gedood. De rebellen hadden ons kamp gevonden. Ik haastte mij terug naar de stad in de hoop daar het minst op te vallen. Met de laatste goudstukken besloot ik een paard te kopen. In de stad was niks te vinden, maar uiteindelijk kon ik op een klein marktje een afgrijselijk beest op de kop tikken die mij op mijn weg terug moest vergezellen. Ik kocht nog wat water en verliet ongezien de stad. Door donkere bossen en kronkelende paden kwam ik uiteindelijk weer aan bij de verlaten grijze vlakten op weg naar huis.
Na een reis van enkele weken keerde ik terug in mijn dorp. Onderweg ben ik besmet geraakt met de pest, zo vertelde mijn dokter. Dit rapport zal dan ook mijn laatste zijn. Ik heb mijn land gediend naar eer en geweten tot ik het met de dood moest bekopen. Een pijnlijke dood. Ik vervloek deze verderfelijke ziekte. Laat men het uitroeien en moge het nooit meer de mensen van deze wereld infecteren met dit zwarte gif. Laat de nieuwe wereld orde ten strijde trekken, zodat ook ik niet voor niets zal sterven…”